Visie
Visie werkgroep Bosrijk: natuurlijk bos in het Ketelwald
versie 20 september 2020
Bosrijk wil meer natuurlijk bos: samenvatting
Werkgroep Bosrijk streeft naar natuurlijk bos, dat wil zeggen bos dat zich - vrijwel - zonder ingrijpen van de mens mag ontwikkelen. Natuurlijk bos is
op de eerste plaats te herkennen aan inheemse boomsoorten die horen bij de heersende standplaatsomstandigheden, die in alle leeftijdsstadia aanwezig zijn en
waarvan veel staand en liggend dood hout aanwezig is. Verder wordt een natuurlijk bos gekenmerkt door de aanwezigheid van een karakteristieke flora en fauna,
in alle lagen van het bos inclusief de bodem.
Bosrijk wil dat zowel de huidige oudboskernen als de oudboslocaties worden aangewezen als 'natuurlijk bos in ontwikkeling' en dat het beheer daarop wordt
afgestemd. Rondom dit natuurlijk bos in ontwikkeling worden buffer-zones aangewezen en tussen de kernen corridors. Het streven is dat het beheer in de kernen
na een omvormingsfase uiteindelijk vrijwel stopt.
Het belang van natuurlijk bos en de aanwezigheid van de mens daarin
We zijn ervan overtuigd dat natuurlijk bos in zichzelf een grote intrinsieke waarde heeft, maar dat het ook van grote waarde is voor mensen, om ervan te
genieten, inspiratie op te doen, rust en eenheid te voelen. Daarom bepleiten we dat mensen toegang hebben tot dit bos. De kans op verstoring moet wel zo klein
mogelijk zijn.
Om het netwerk van natuurlijk bos in het Ketelwald voor een langere periode veilig te stellen pleiten we ervoor dat dit netwerk van natuurlijk bos een maximale
beschermde status krijgt.
Huidige situatie in het Ketelwald
Het Ketelwald - het uitgestrekte bos tussen Nijmegen en Kleef - bevat kernen van (tamelijk) natuurlijk bos met een relatief hoge ecologische waarde. Zo'n
kern kan bestaan uit een bosopstand met relatief oude exemplaren inheemse boomsoorten; we noemen dit een oudboskern. Maar het kan ook gaan
om locaties waar nu geen oude inheemse bomen groeien maar waar, gezien de soortensamenstelling van kruidlaag, het bodemleven en de bodemstructuur,
waarschijnlijk van oudsher wel natuurlijk bos heeft gestaan; we noemen dit een oudboslocatie. Via oude kaarten is na te gaan sinds wanneer de
locatie met bos begroeid is geweest.
Omvormingsfase om te komen tot natuurlijk bos
Bij bossen met een boomsoortensamenstelling die geheel of nagenoeg natuurlijk is kan direct overgegaan worden op nulbeheer of een minimaal beheer. Een
natuurlijke boomsoortensamenstelling wil zeggen dat de aanwezige boomsoorten inheems zijn en dat de verhouding tussen de soorten in overeenstemming is met
de abiotische factoren ter plekke. In het beheer wordt ingezet op het beschermen van natuurlijke (= niet-menselijke) processen (Duits: Prozessschutz), en
niet op bepaalde soorten.
Bij bossen die qua soortensamenstelling nog geen natuurlijk bos zijn maar wel op een oudboslocatie staan, in het bijzonder productiebossen, kan het beter
zijn om eerst doelgerichte ingrepen te plegen, met het principe dat eerdere en huidige menselijke ingrepen ongedaan gemaakt worden cq gestopt worden. De
periode waarin deze ingrepen plaatsvinden noemen we de omvormingsfase. Daarin kan bijvoorbeeld het verwijderen plaatsvinden van niet-inheemse invasieve bomen
(in Ketelwald vooral Amerikaanse eik en Amerikaanse vogelkers).
Het beheer richt zich op het beschermen tegen negatieve (menselijke) invloed van buiten. De natuur rondom het natuurlijk bos vormt een bufferzone. De
Natura2000 gebieden in het Ketelwald vormen een begin van het netwerk van kernen. Natura2000 heeft als doel het vormen van een netwerk van beschermde zeer
waardevolle gebieden. Een netwerk betekent dat er verbindingen zijn tussen de kernen (met hun bufferzones) onderling. Dat is nu niet het geval.
Daarnaast bepleiten we het instellen van corridors tussen de kernen van natuurlijk bos in ontwikkeling: brede stroken bos waarvan oudbosorganismen gebruik
kunnen maken om van de ene naar de andere kern te migreren. Veel oudbossoorten migreren langzaam of niet, daarom zijn de corridors nodig om te kleine en dus
kwetsbare populatie te verbinden. Dat betekent dat die corridors in meerdere of mindere mate kenmerken van natuurlijk bos gaan vertonen.
De verdere toekomst en de klimaatcrisis
Onder invloed van een veranderend klimaat zien we nu (2020) drie jaren vol extreme weersverschijnselen. We hebben geen ideaalbeeld van het Ketelbos en zien
dus op zich geen noodzaak onze visie bij te stellen. Het natuurlijke bos zal zich in een moeilijk te voorziene richting ontwikkelen. Beelden vanuit het verleden
lijken daarbij nauwelijks meer van belang te zijn.